Na 2030 kun je niet meer blind vertrouwen op stroom
Na 2030 is het niet meer vanzelfsprekend dat er continu stroom uit je stopcontact komt, waarschuwt hoogspanningsnetbeheerder TenneT. Vooral voor bedrijven wordt het reëler dat er af en toe kortstondig wordt afgeschakeld. Geen dagen achter elkaar en niet wekelijks, maar wel vaker dan je nu ervaart. We zullen dus moeten wennen aan schaarste: momenten waarop de vraag hoger is dan wat er aan elektriciteit beschikbaar is.
Wat is er precies aan de hand?
TenneT en andere netbeheerders waarschuwen al geruime tijd dat het stroomnet tegen z’n grenzen aanloopt. Door de elektrificatie van industrie, vervoer en verwarming schiet de vraag omhoog. Intussen verdwijnt traditionele opwekcapaciteit en kun je wind en zon niet aanzetten wanneer je wilt. Dat is niet nieuw, maar nu voegt TenneT er harde inschattingen en jaartallen aan toe.
Hoe groot is het risico, volgens TenneT?
Als maatstaf geldt dat de stroomvoorziening ‘goed’ is wanneer er op jaarbasis hooguit zo’n vier uur niet aan de totale vraag kan worden voldaan. TenneT verwacht dat deze grens na 2030 overschreden wordt. Voor 2033 voorziet de netbeheerder gemiddeld 12,6 uur tekort en in 2035 nog circa 9,2 uur. Vooral in de winter, met hoge vraag en tegenvallende wind- en zonnestroom. Ook in 2030 zelf loopt de kans op te vaak voorkomende tekorten al voelbaar op.
Leidt dit tot landelijke black-outs?
Een paar uur tekort per jaar wil niet zeggen dat Nederland massaal zonder stroom komt te zitten. Denk eerder aan kortdurend afschakelen van specifieke groepen, lagere beschikbaarheid voor grootverbruikers of andere manieren om de vraag te sturen. De essentie blijft: je kunt niet meer uitgaan van onbeperkte beschikbaarheid, zeker niet op drukke winteravonden.
Waar komt die krapte door?
Een flink deel van de gascentrales is op leeftijd en kan straks financieel onvoldoende draaien om open te blijven. Sluiten ze, dan verdwijnt flexibel vermogen dat nu inspringt wanneer wind en zon tegenvallen. Ondertussen blijft de vraag naar stroom groeien. Minder regelbaar aanbod plus een sneller stijgende behoefte zorgt voor meer momenten waarop het net krap wordt. Dat ziet TenneT als de directe oorzaak.
Wat wil TenneT dat we regelen?
De netbeheerder wil vaart maken met het organiseren van reservevermogen. Stimuleer opslag, zoals accu’s, zodat je overschot kunt bewaren voor piekuren. Daarnaast vraagt TenneT om serieus te kijken naar ‘capaciteitsmechanismen’: regelingen waarbij producenten niet alleen voor hun kilowatturen betaald krijgen, maar ook voor het beschikbaar houden van vermogen dat bij schaarste direct kan worden ingezet.
Waarom die focus op onderzoek?
Het uitwerken van een breed pakket aan maatregelen duurt volgens TenneT ongeveer vijf jaar. Daarna volgen besluitvorming en aanpassing van regels. Wachten tot het misgaat is dus geen optie, want dan ben je te laat. Zonder haast lopen bedrijven het risico klem te komen zitten en ontbreekt de tijd om een solide aanpak neer te zetten.
Is dat niet vooral bureaucratie?
Het lijkt misschien vooral papierwerk, maar TenneT noemt het essentieel voorwerk. Zonder slim ontworpen prikkels voor beschikbaarheid en opslag komt de benodigde capaciteit niet op tijd van de grond. De keuze voor zo’n mechanisme – en de precieze invulling – bepaalt wie investeert, waar dat gebeurt en met welk risico. Dat wil je zorgvuldig regelen, omdat de impact groot is en lang doorwerkt.
Wat betekent dit voor jou en voor bedrijven?
Op weg naar 2030 wordt flexibiliteit steeds belangrijker. Bedrijven moeten vaker plannen met het scenario dat er af en toe minder stroom beschikbaar is, vooral tijdens winterpieken. Voor huishoudens verandert op korte termijn weinig, maar het besef groeit dat niet elke kilowattuur altijd direct voorhanden is. Wie zijn verbruik kan verschuiven of tijdelijk kan terugschakelen, heeft straks een streepje voor.
De tijd dringt
De kern van TenneT’s boodschap: ga nu aan de slag, anders ben je straks te laat. Zolang onderzoek, keuzes en uitvoering niet versnellen, blijft de kans groot dat er vanaf 2030 vaker tekorten optreden dan we acceptabel vinden. Met goede prikkels voor beschikbaarheid, opslag en flexibel vermogen is het gat te dichten – maar alleen als we op tijd schakelen.