Als je vaak filterkoffie zet, heb je het vast gezien: die gekartelde randjes langs het papieren filter. Ooit stilgestaan bij waarom ze er zijn? Het lijkt misschien alleen maar een designkeuze, maar die kleine plooitjes hebben een serieuze taak – eentje die direct bepaalt hoe jouw koffie smaakt.
Die ribbels – je kunt ze ook vouwen of plooien noemen – laten lucht tussen het filter en de wand van de houder stromen. Zonder die structuur zou het papier, zodra je heet water op de gemalen koffie giet, vacuüm tegen de houder trekken. Daardoor vertraagt of stopt de doorloop, met als gevolg overextractie: te bitter, te heftig en met een nare nasmaak.

Door een beetje ruimte te maken tussen papier en houder, zorgen de ribbels ervoor dat het water gelijkmatig en zonder haperen door de maling trekt. Het effect: een netter extractieproces en dus een rondere, beter gebalanceerde smaak.
Ze maken het filterpapier bovendien steviger, zodat het tijdens het zetten vormvast blijft en minder snel scheurt – extra handig bij handmatig opschenken, zoals met een V60 of Chemex.
Dus de volgende keer dat je het filter vouwt of in de drager zet, weet je dat die ribbels er niet voor niets zijn. Ze helpen je simpelweg aan betere koffie, keer op keer.
