Afrekenen in de horeca gaat steeds vaker met een tipkeuze op het pinapparaat. Je tikt dan simpel een percentage aan om waardering te laten zien. Toch blijft contant een fooi geven ook populair. Staat de optie er niet op, dan laten veel mensen uit zichzelf wat extra achter. Maar hoe vaak doen we dat nou eigenlijk? En wat is een gangbaar bedrag?
In een recente online peiling deelden 5706 mensen hun kijk op fooien: of ze geven, hoe vaak en hoeveel. Daaruit blijkt dat fooi geven lang niet voor iedereen vanzelfsprekend is. Zo geeft veertig procent standaard iets extra, vaak uit respect voor hoe pittig het werk in de horeca is. Zoals iemand het zei: “Je werkt je in deze sector uit de naad, terwijl de lonen achterblijven.” Voor veel mensen is dát de reden om toch een fooi neer te leggen.
Tegelijkertijd houdt niet iedereen ervan om bij te leggen. Veertien procent geeft nooit fooi, zelfs niet na een topbezoek. Hun idee: medewerkers krijgen al betaald. Dat zet je aan het denken, zeker als je bedenkt dat bijvoorbeeld kappers of monteurs zelden iets extra’s krijgen. Iemand vatte het zo samen: “Waarom tip ik in een restaurant wel en bij de kapper niet?” Het werpt een breder licht op wat eerlijk voelt tussen verschillende beroepen.
Voor veel mensen hangt een fooi sterk samen met de beleving: hoe goed je geholpen bent en hoe vriendelijk het personeel is. Een flinke groep geeft alleen iets als de service echt uitstekend was. “Als alles soepel en prettig gaat, leg ik graag wat bij,” aldus een deelnemer. Een ander zei: “Zonder oprechte vriendelijkheid geen extra.” Persoonlijke ervaring blijkt dus doorslaggevend.

Wat is gangbaar?
Hoeveel mensen uiteindelijk geven, loopt flink uiteen. Zo rondt ongeveer 44 procent de rekening af naar een mooi rond bedrag. Lekker simpel en je geeft toch iets extra. Anderen werken liever met percentages: 34 procent legt standaard vijf tot tien procent bij, een middenweg tussen waardering en je budget bewaken.
Een royaler gebaar van tien tot vijftien procent komt bij acht procent voor, terwijl slechts één procent twintig procent of meer weggeeft. Voor de meesten voelt zo’n hoog bedrag niet passend. Zoals iemand zei: “Fooi is bedoeld als teken van waardering, maar het moet wel in verhouding blijven.”
De uiteenlopende meningen en gewoonten laten zien hoe persoonlijk fooi geven is. Voor sommigen is het een vanzelfsprekende manier om dankjewel te zeggen, anderen vinden het overbodig. Dat er in de horeca vaker een fooi wordt verwacht dan in andere sectoren, blijft stof tot discussie. Uiteindelijk bepalen je eigen waarden, je ervaring ter plekke en je portemonnee hoe gul je bent met een extraatje.
Fooi geven blijft een bijzonder gebruik. Voor de een staat het voor respect en waardering, terwijl het bij de ander vragen oproept over wat eerlijk is tussen beroepen. Wat je ook kiest, een kleine attentie kan voor iemand die hard werkt écht verschil maken.
